zaterdag 11 augustus 2012

Op Mars zijn mensen aliens 64

Maar robots of geen robots, ze zijn nu "mijn" mensen. Ze hebben me gevraagd om hier ambassadeur van de aarde te worden. Ironisch, niet? Natuurlijk moeten jullie het ook goedvinden, dat ik namens jullie hier ga onderhandelen. Misschien zien jullie niet waarom die robots behoefte zouden hebben aan een ambassadeur. Maar ik denk dat het onvermijdelijk is dat ze zich als een apart volk zijn gaan beschouwen. Ze zijn anders dan jullie. Net zo intelligent, gevoelig en creatief, maar ze zitten toch anders in elkaar. En dat maakt een groot verschil. Het zijn individuen, met eigen belangen, net zoals jullie, maar het valt hun moeilijk om als employees volstrekt loyaal te zijn aan een aards bedrijf. Ze voelen zich Martianen. Hier kunnen ze leven zoals ze zelf willen, zonder met mensen en hun kwetsbaarheid rekening te houden.
En zeg nou zelf, op aarde zijn er kleine landjes als Andorra en San Marino, die zichzelf mogen besturen, hoewel ze dezelfde taal spreken als hun buren, en van de zelfde munt gebruik maken. Waarom zou een groep mensen op een heel andere planeet dan geen zelfbeschikkingsrecht mogen hebben? Mijn advies zou dan ook zijn om de autonomie van Mars te erkennen, en te gaan onderhandelen over diplomatieke betrekkingen en economische uitwisselingsprogramma's. Als de aarde behoefte heeft aan bepaalde mineralen, en wij kunnen die leveren, dan willen we daar ook wat voor terug. En we willen geen inmenging in onze eigen zaken. Het zou voor jullie trouwens heel moeilijk zijn om ons tegen onze zin een bepaald regime op te leggen.
Hoe was het om zo lang alleen te zijn? Ik denk dat dat het ergste is wat je een mens kunt aandoen, contact met andere mensen onmogelijk maken, en geen uitzicht bieden op een einde van die toestand. Achthonderd dagen lang heb ik me dagelijks afgevraagd waarom ik verder moest. En achthonderd dagen lang heb ik steeds het antwoord op die vraag weer uitgesteld tot de volgende dag. Waarvoor leeft een mens? Voor zichzelf? Wat heeft een leven voor zin zonder uitzicht, zonder doel, en zonder medemensen om het mee te delen? Waarvoor leef je nog, als je weet dat de volgende dag precies het zelfde zal zijn als de vorige, en dat je daar niets aan kunt veranderen? Ik heb Nietzsches Ewige Widerkehr aan den lijve ondervonden. Ik heb van dag tot dag geleefd. Ik heb niet vooruit gekeken, ben iedere dag wakker geworden als ik was uitgeslapen, heb de klussen gedaan die nodig waren om in leven te blijven, en ben 's avonds weer gaan slapen.
De enige reden dat ik in die tijd niet in waanzin ben weggezonken is de computer. Dat is een heel verhaal. Het begon ermee dat Harry mij vanuit de computer uitdaagde om mezelf ook in de computer over te brengen. Harry mag in die computer dan wel geen compleet mens zijn, maar hij is wel iets dat dicht in de buurt komt van een vriend om mee te praten. Toen ik ontdekte dat hij naast zichzelf ook nog een geheel eigen versie van mij in de computer had vastgelegd, vond ik dat ik het daar niet bij kon laten zitten. Ik moest het beeld dat hij had geschapen corrigeren. Maar ik had geen idee wat mij te wachten stond.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten