Ik heb erover gedacht
de zelfde weg te gaan als mijn twee medereizigers. Maar mijn verstand
laat dat niet toe, of mijn levensdrift is te sterk. Hoe dan ook,
zelfs in de uiterste wanhoop heb ik mezelf er niet toe kunnen brengen
een einde aan mijn leven te maken. Ik heb me ondergedompeld in
allerlei projecten. Maar ik neem ook de tijd om mezelf beter te leren
kennen. Wat dat betreft zit ik hier in een unieke situatie, met een
minimum aan afleiding, en niemand om na te volgen. Ik zelf ben mijn
voornaamste proefobject. Ik stel mezelf steeds nieuwe opgaven, fysiek
en psychisch. Zo ben ik 25 uur lang in een van de kassen gaan zitten,
in de kou, om naar de planeet te kijken en te ondergaan hoe die
verandert in de loop van een etmaal. En ik registreer bijna van
minuut tot minuut wat ik doe, wat ik denk en hoe ik me voel. Daartoe
heb ik voortdurend een geluidsrecorder bij me. Dat viel nog niet mee.
Ik was niet gewend om openlijk voor mijn gevoelens uit te komen. Ik
moest mezelf leren om met mezelf te praten. Vooral dat heeft tot nu
toe de waanzin op afstand gehouden, denk ik.
Mars is een dorre,
droge planeet. Die zal wel niet veel veranderen, denk je dan. Maar
dat valt wel mee. Er waaien hier winden die langzaam maar zeker het
landschap beïnvloeden. En soms manifesteren die zich in de vorm van
"dust devils", wervelingen van zandkorrels die zich als een
levend wezen door het landschap verplaatsen. De eerste keer dat ik er
een zag, was ik verstijfd van schrik. Ik kon het gevoel niet van me
afzetten dat zich daar een levend wezen bewoog, een etherisch
marsschepsel, vreemd en onmenselijk. Maar je went er aan, net als de
aanrakingen die je voelt in je pak, als dat door de wind wordt
bewogen.
En dan zijn er de
seizoenen. Het lijkt of het landschap langzaam van kleur verandert in
de loop van de tijd. Als de dagen korter worden, verliest het
landschap iets van zijn uitgebleekte karakter, en toont het meer
kleurschakeringen. Ijs en sneeuw is er hier niet, en koud is het hier
altijd, maar toch is er een duidelijk onderscheid tussen zomer en
winter. De winterkleuren zijn hier warmer dan de zomerkleuren, met
meer nuances, van roze, via oranje tot een diep roodbruin. Je zou het
bijna willen schilderen.
Je zou van alles willen
doen om je leven inhoud te geven, maar de mogelijkheden zijn beperkt.
Je gaat niet op je gemak in je marspak voor een schildersezel zitten,
als je daarover al zou beschikken. Natuurlijk heb ik wel de
beschikking over camera's, maar ik moet iets hebben dat me echt bezig
houdt. Iets dat de aandacht opeist, waar je je met hart en ziel in
kunt storten. Hoe graag zou ik niet likje voor likje verf op een doek
smeren, maar aan die behoefte is niet gedacht bij de voorbereiding
van onze expeditie. Natuurlijk beschik ik over alle mogelijke
electronische spellen. Maar die zijn slechts afleiding, geen
levensvervulling.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten